Male
Op een steenworp van
Sijsele ligt
het dorpje Male. Male hoorde vroeger bij Sijsele (één van de oudste
bewoningskernen van de streek), nu valt het dorp onder Brugs gezag. Male heeft een kleine, maar mooie oude dorpskern met onder andere enkele oude hoevetjes. Het belangrijkste bouwwerk in Male is echter zijn monumentaal
kasteel. Reeds in de 9e eeuw zou hier al een verdedigingstoren gestaan
hebben ter bescherming tegen invallen van de Vikings.
Het kasteel werd ingezegend (1166) door Thomas Moore, de aartsbisschop van
Canterbury, maar vermoedelijk werd de burcht al een aantal jaar eerder gebouwd
door Filips van den Elzas, de toenmalige graaf van Vlaanderen. Het kasteel
deed voornamelijk dienst als verblijfplaats voor de graven van Vlaanderen.
Ten tijde van de Franse bezetting hadden de franse troepen hun intrek in het
slot genomen. In 1302 werd het kasteel door de Bruggelingen (onder leiding
van Jan Breydel, Pieter de Koninck en Willem van Gulik) heroverd.
In
1382 werd Male ingenomen door de Gentenaars en verwoest, waarna het kasteel werd
heropgebouwd om in 1453 opnieuw door de Gentenaars geplunderd te worden.
In 1490 werd Male nogmaals geplunderd door soldaten van de graaf van
Nassau.
De belangrijkste persoon uit de geschiedenis van Male is Lodewijk van Male
(geboren 1329). Hij was de zoon van Lodewijk van Nevers en Margareta van
Frankrijk en werd de 24e graaf van Vlaanderen. Zijn dochter, Margaretha,
trouwde met Filips de Stoute, hertog van Bourgondië. Ten tijde van de
Bourgondische overheersing bleef het kasteel zijn belangrijkheid behouden.
Onder de latere Spaanse bezetting geraakte het slot in de vergeethoek en werd in
1558 verkocht door Filips II aan ridder Juan Lopez Gallo. Twee jaar werd
hij door Filips II tot baron van Male benoemd. Het kasteel is grondig
gerestaureerd en sinds 1954 een vrouwenabdij.
U kunt de oude dorpskern het makkelijkst bereiken via de
Maalsesteenweg, de drukke weg tussen Sijsele en Brugge.
bezienswaardigheden: kasteel,
dorpszicht met oude hoevetjes
|